Nieuw Zeeland - noord eiland

2 april 2011 - Auckland, Nieuw-Zeeland

 

Zo, hehe…..dat heeft even geduurd! Inderdaad, maar hier is het dan toch; het eerste gedeelte van mijn reis door Nieuw Zeeland. De afgelopen weken zijn erg mooi geweest en Roel en ik hebben veel ondernomen. Voordat ik in Nieuw Zeeland ging beginnen, heb ik nog een stop in Sydney gemaakt waar ik 3 nachten bij Renee kon blijven slapen die ik eerder in Bangkok had ontmoet. Zij woont met een aantal mensen aan de rand van het centrum en zij hebben me meegenomen naar de niet-toeristische hoogtepunten van de stad. Leuk om Sydney op deze manier te zien en we hebben ook het nachtleven goed onveilig gemaakt. Ik was 7 jaar eerder in Sydney geweest en het was erg grappig om alle plaatsen van toen nog eens te bezoeken. Sommige dingen veranderen nooit, maar er waren ook hostels die compleet waren dichtgetimmerd.

Als je van kamperen, buitenactiviteiten/sporten en natuur houdt, is Nieuw Zeeland het land waar je moet zijn. Dit wisten we natuurlijk al van te voren, maar dat de kiwi’s (nieuw zeelanders) zo ontzettend vriendelijk en gastvrij zijn was helemaal meegenomen. En dat begon al bij aankomst in Auckland waarbij de douane beambte mij tips gaf over het land en heel veel plezier wenste en op zoek naar een hostel werd ik door 3 mensen al aangesproken of ik alles kon vinden. Super!

Bij aankomst op het vliegveld had ik Joost ontmoet, een kerel uit Amsterdam die precies hetzelfde hostel op zijn lijstje had staan om te checken. Da’s mooi! Uiteindelijk met z’n 2en in een ander hostel beland en samen een kamer gedeeld; scheelt weer wat in de kosten en is erg gezellig. In de avond uurtjes muziek geluisterd, wat films overgenomen en wat gekletst over van alles en nog wat. We kwamen erachter dat we beide in het zelfde jaar met de ziekte kanker te maken hebben gehad. Voor Joost was het nog een hoofdstuk dat hij nog moest afsluiten en ik merkte dat ik daar verder in was. Maar besefte door ons gesprek dat de beslissing om deze reis te gaan maken echt de juiste was en ook veel met mijn ziekteverleden te maken heeft. Net zoals Joost, heb ik na mijn genezing besloten om al mijn dromen te verwezenlijken en van alles volop te genieten, omdat ik nog vaak besef dat het leven ook zomaar ineens afgelopen kan zijn. Je moet nu leven en genieten en je hart volgen was de conclusie! We hadden beide exact hetzelfde gedachte en gevoel hierover en het leek wel toeval dat we elkaar tegen het lijf liepen op dit moment van de reis (maarja, toeval bestaat niet…).

De ochtend begonnen we met een bak koffie van de Starbucks waar je je naam moet zeggen die vervolgens op de beker wordt geschreven. Tja, Gijs kon natuurlijk ook hier niet uitgesproken worden. Dus gingen we voor de dubbele namen: ik een cappuccino bestellen als JEAN en Joost als BABTISTE. Erg flauw, maar dan werd je bestelling afgeroepen als: ‘Cappuccino for JEAN – BABTISTE’ en dan maar hopen dat er niet meer mensen waren die een cappuccino hadden besteld. Dus vanaf nu gingen we met deze namen het leven door.

Na 2 dagen kwam Roel aan op Auckland en kon het rondtrekken door NZ echt beginnen. We hadden een busje gehuurd met felgekleurde graffiti’s aan beide kanten zodat we goed zichtbaar waren mocht het mis gaan met het links rijden. Dat was in het begin dus toch wel even wennen en we hadden afgesproken om direct na het starten altijd ‘Links rijden’ naar elkaar te roepen. Het was wel even wennen met de in- en uitritten en de ruitenwissers waren al enkele malen gebruikt als richtingaanwijzers (zijn namelijk ook omgedraaid). En nu komt het grappige; we reden een weg in met eenrichtingsverkeer. Waarop ik de auto in z’n achteruit moet zetten, maar toen hoorden we iemand claxonneren. Ik weer snel vooruit rijden maar we zagen niemand. Dit gebeurde tot twee keer toe totdat we erachter kwamen dat onze achteruitrijd toon een ingebouwde claxon is van een suzuki alto :) Lekker suf!

Eerst de auto volgeladen met eten en drinken waarbij het hoofdingrediënt de blikken ‘Watties’ waren: elk gerecht wat je wenst hebben ze voor ons ingeblikt. Dit zouden we als back-up eten gaan gebruiken, mochten we verdwalen. Het eerste tochtje met onze voiture ging richting Rotorua waar we een plek hadden gevonden op een DOC campingplek. Dit zijn campingplekken verspreidt door heel het land, waarbij de meeste gratis zijn of voor een bedrag van een paar dollars. Er is altijd een WC aanwezig, soms stromend water en sporadisch een douche. We reden al enkele uren rond met onze mond open van verbazing omdat de omgeving zo ontzettend mooi is. Maar het uitzicht vanaf onze campingplaats was een traktatie voor het oog. We hadden uitzicht op een strak blauw meer omringt door bergen. Water voor het koken en de koffie in de ochtend kon je uit het meer scheppen en ook de douche werd mede mogelijk gemaakt door dit meer. Hoe super was dit?! Al meteen bleek hoe goed we waren voorbereid want het eerste back-up eten moest meteen aangesproken worden: spaghetti uit blik (lees spaghetti saus met 4 sliertjes).

Voor ons stond een hele groep kiwi’s die ons uitnodigde om later nog even aan te haken. We werden meteen getrakteerd op alle gebruiken van Nieuw Zeeland en zo was dit een mooie introductie van onze reis door het land van de kiwi’s. Toffe lui!

De volgende tocht ging richting de bronnen en geisers van Wai-o-tapu. Wat ze hier niet goed hebben geregeld zijn de plaatsnamen, want die lijken allemaal op elkaar en lijken allemaal met een W te beginnen, ik noem er een aantal Whakamaru, Wanaka, Waikakei, Whakarewarewa, Waikeria, Waimana etc. Zo makkelijk is het dus niet om hier de wegenkaart te lezen, maar gelukkig is dat een van Roel zijn kwaliteiten. Toen we uitstapte bij Wai-o-tapu dacht ik dat een hele Maori stam zijn broekhoest kwaliteiten had aangeboord, maar de rotte eier-lucht bleek toch vrij te komen van de bronnen. Het nationale park staat bekend om de verschillende gekleurde meertjes, pruttelende modder poeltjes, geisers en stomende bronnen. De vulkanische activiteit kwam hier wel heel dicht bij het aardopplervlak. Erg indrukwekkend en zoiets had ik niet eerder gezien. Daarom veel fotokes getrokken zoals ze in België zeggen.

Ook Taupo stond op onze lijst; het grootste meer van Nieuw Zeeland. Daar in de omgeving een campingplek uitgezocht, maar deze was alleen bereikbaar via een onverharde weg (dirt road). We hadden de afstand weer onderschat en reden al een half uur door een dichtbegroeid bos met steile hellingen en waar nog een ree vlak voor de auto sprong. Dan kom je plots toch een local tegen en dan doe je wat heel gebruikelijk is op een afgelegen stuk: een praatje maken: (hij) ‘how are you today mate’, (jij) ‘fine, what about yourself’ (hij) ‘not too bad, have a nice day’ (jij) ‘See ya’. Dan gaat het raampje weer dicht en mochten er verder geen vragen meer zijn dan vervolgd ieder z’n weg. Super, want het is hier wel echt gemeend. Onze Camper Van (genaamd Razzle) had weer een mooie campingplaats in het midden van de bossen. Dit werd de manier van reizen voor de komende 4 weken; eten koken vanuit onze bus, 1000kmers rijden, wijn uit een pak drinken en iedere avond gezellig met z’n tweeën billetje-balletje liggen.

Onderweg naar de volgende bestemming via een binnendoor weggentje kwamen we een bordje ‘open farm day’ tegen. Aan de handrem van de bus getrokken en naar binnen gelopen voor een rondleiding. Er waren verschillende boeren uit de omgeving die hun kunstjes lieten zien voor de mensen in de omgeving. De eerste was een kaasmaker die ‘Gouda cheese’ probeerde te maken en er soms ook komijnzaad in deed volgens traditioneel Hollands recept. Wij ons meteen even kenbaar gemaakt als Nederlanders en iedereen was verrast met het bezoek van de 2 gezonde Hollandse knapen, want dit was eigenlijk een happening voor de buurt. Erg leuk om zo binnen de boerengemeenschap informatie te krijgen en iedereen was in voor een praatje en verdacht veel mensen hadden bekenden in NL. Onze volgende stop zou de zuidkust worden ten noorden van Napier. Echt een prachtige plek: een riviermonding die uitkomt op de zee en een helemaal verlaten strand. Kennis gemaakt met onze buurman, een vriendelijke vent maar een beetje gek! Hij dronk zo’n 11 halve liter blikken bier op een dag, 9 pijnstillers en het liefste andere medicijnen, drugs, valium of iets anders waar hij maar van ging trippen. Hij had heel wat zelfspot en dat was wel mooi. Daarom hebben we wat meegeholpen om wat kleine vissen te vangen en deze als aas gebruikt om ’s nachts op grote vissen (o.a. haaien) te vissen. Helaas niks aan onze hengels.

Op weg naar Featherston zouden we de Tui (Toei) bier brouwerij nog tegenkomen, dus die konden zeker op een bezoekje van ons rekenen. Een rondje in het museum gemaakt en Roel een Tui geproefd, want ik was de Bob. Er was ook een groot magnetisch bord waar je een eigen slogan op kon maken met grote letters. Als echte Brabanders natuurlijk de volgende zin geplaatst: Zo.. nu eerst een bavaria. Zag er wel komisch uit! (zie foto)

De laatste stop op het noord eiland zou Wellington worden, wat door sommige mensen werd getipt als leukste en hipste stad van Nieuw Zeeland. Daarnaast was het ook nog eens St. Patrick’s day, wat hier erg goed gevierd wordt door de aanwezigheid van veel mensen met Iers bloed en mensen die van bier zonder schuim houden. Na het gebruikelijke rondje sightseeing in de stad, onze Razzle geparkeerd onder het Te Papa museum waar we enkele uren hebben doorgebracht. In dit museum wordt het ontstaan van Nieuw Zeeland, alle flora en fauna toegelicht en er is wat interessante info over de oorspronkelijke bewoners (Maori’s) te vinden. Er was ook een gedeelte over aardbevingen en de geschiedenis ervan in Nieuw Zeeland. Met Christchurch nog geen maand achter ons, best een best bizarre tentoonstelling.

In de avond werden we meteen opgezogen in de Sint Patrick’s day festiviteiten. We hadden weer afgesproken met de kiwi’s die we eerder hadden ontmoet en na een paar Irish Red (Ierse koude units) ging het dak eraf in de Molly’s. Wat dansjes met een Ierse Oma maakte de avond weer compleet. En omdat de bus nog in de parkeerplaats stond (op loopafstand van de kroegen) leek ons dit wel een mooie overnachtingsplek. In de morgen werden we wakker met verschillende auto’s om ons heen geparkeerd. Apart! Het was tijd om de oversteek te maken vanuit Wellington naar Picton op het zuider eiland. Deze tocht ging door de Malborough sounds; een uitgestrekt natuurgebied van een doolhof van schiereilanden met dichtbegroeide bossen. Erg spectaculair. Omdat de meeste bezienswaardigheden op het zuider eiland liggen, zullen we de komende 3 weken hier gaan doorbrengen. Dit verhaal zal ook snel volgen.

Maar met tekst valt niet uit te leggen hoe mooi de natuur in Nieuw Zeeland is, dus ik hoop dat de foto’s meer zeggen!

Foto’s

6 Reacties

  1. Martijn en Jessy Dingemans:
    2 april 2011
    Nou, dat doen ze Gijs! Wat een mooi landschap en wat genieten jullie. Leuk om dit met z'n tweeën te doen lijkt me.
    Geniet van alles wat je tegen komt en tot gauw.
  2. Mary-Erwin-Isabella:
    2 april 2011
    Is billetje balletje liggen wat ik denk dat het is?
    Heel veel plezier de komende 3 weken!!
    Groetjes uit Eindhoven
  3. Wouter:
    3 april 2011
    He Dude,

    Fijn om te lezen dat alles goed gaat daar. Succes met het blikvoer.

    Laterzz.

    Wouter
  4. Manon:
    3 april 2011
    Ha Gijs,

    Wat een verhalen en leuke foto's! Gaaf hoor.
    En het is nog lang niet voorbij. Ga vooral verder met genieten.
    Gelukkig heeft hier in NL de lente zijn intrede gedaan en waren de eerste uurtjes op het terras van Zuid weer een feit ; )

    Lieve groetjes uit Maastricht.

    Manon
  5. Natasja:
    4 april 2011
    ikke ben jaloers....
    x vanuit maastricht
  6. Nico en Els:
    5 april 2011
    Beste Gijs,

    Wij hebben je kaart ontvangen en wilde je daarvoor bedanken. We hopen dat de wereldreis je bevalt en dat je het naar je zin hebt. Op het moment is het nog vrij rustig mbt de werkzaamheden aan de tunnel, maar dat zal niet lang meer duren. We wensen je het beste en geniet er maar van!

    Groetjes Nico en Els